Zicht op Zeldzaam Zorgstandaarden.net VSOP voor zeldzame en genetische aandoeningen Zeldzame ziekten

Zwangerschapsdiabetes

Bij zwangerschapsdiabetes zit er te veel suiker in het bloed. Dit wordt tijdens de zwangerschap ontdekt. Waarschijnlijk krijgen vrouwen zwangerschapsdiabetes door een erfelijke aanleg, samen met andere factoren. Iemand is bijvoorbeeld te zwaar of heeft al eerder zwangerschapsdiabetes gehad. 
Insuline is een hormoon dat ervoor zorgt dat suiker (glucose) uit het bloed in het lichaam wordt opgenomen. Glucose geeft het lichaam energie. Hierdoor kun je denken en bewegen. Al je organen, van je hersenen tot je darmen, hebben glucose nodig. 
Tijdens de zwangerschap reageert het lichaam minder goed op insuline. Daarom maakt het lichaam bij de meeste vrouwen tijdens hun zwangerschap meer insuline. Maar soms wordt er te weinig insuline gemaakt. Daardoor kan er te veel suiker in het bloed blijven zitten. En krijg je een tijdelijke vorm van diabetes. Dit noemen we zwangerschapsdiabetes.
Van zwangerschapsdiabetes merk je niet altijd iets. Je kunt moe zijn, vaak moeten plassen en veel willen drinken. Je kunt ook jeuk hebben. 

Zwangerschapsdiabetes kan gevolgen hebben voor de baby. De baby kan bij de geboorte te zwaar zijn. Daardoor kan de bevalling moeilijker zijn. Na de bevalling heeft de baby soms te weinig suiker in het bloed. Ook heeft een baby meer kans op geelzucht.

Heb je een vraag? Mail ons.

Diagnose

Dokters kunnen zwangerschapsdiabetes vaststellen met onderzoek van het bloed. Zwangere vrouwen die meer kans hebben om zwangerschapsdiabetes te krijgen, worden hierop onderzocht.

Meer kans op zwangerschapsdiabetes kan er zijn als:
- een vrouw in een eerdere zwangerschap ook zwangerschapsdiabetes had
- een vrouw te zwaar is
- een familielid diabetes type 2 heeft
- het ongeboren kind groter is dan gemiddeld
- je polycysteus-ovariumsyndroom hebt (PCOS)
- je van Afrikaanse, Zuid-Aziatische of Midden-Oosterse afkomst bent (bijvoorbeeld uit Turkije, Marokko, Pakistan, Suriname, Ghana of de Antillen).

Behandeling

Een vrouw met zwangerschapsdiabetes kan voedingsadviezen krijgen van een diĆ«tist. Een vrouw met zwangerschapsdiabetes wordt begeleid door een gynaecoloog. De gynaecoloog controleert de groei van de baby. Soms moet een vrouw een tijdje insuline gebruiken. Als de hoeveelheid suiker in het bloed weer goed is en de baby normaal groeit, dan kan de verloskundige de verdere zwangerschap begeleiden. Maar anders blijft de gynaecoloog de begeleiding doen. 

Vrouwen met zwangerschapsdiabetes hebben meer kans om diabetes type 2 te krijgen. Daarom is het advies om tot 5 jaar na de bevalling elk jaar hun bloedsuiker (glucose) te laten controleren door de huisarts.

Vóórkomen

Ongeveer 5 op de 100 zwangere vrouwen krijgen zwangerschapsdiabetes.

Erfelijkheid

Waarschijnlijk krijgen vrouwen zwangerschapsdiabetes door een erfelijke aanleg, samen met andere factoren (multifactorieel erfelijk).

Voorbeelden van andere factoren zijn:

- een vrouw had in een eerdere zwangerschap ook zwangerschapsdiabetes 
- een vrouw is te zwaar  
- in de familie komt  diabetes type 2 voor
- een vrouw heeft Polycysteus-ovariumsyndroom (PCOS)
- het ongeboren kind is groter dan gemiddeld
- een vrouw is van Afrikaanse, Zuid-Aziatische of Midden-Oosterse afkomst (bijvoorbeeld uit Turkije, Marokko, Pakistan, Suriname, Ghana of de Antillen).

ErfocentrumBeschrijving, diagnose, behandeling, vóórkomen en erfelijkheid van de aandoening zijn overgenomen van www.erfelijkheid.nl. Klik hier voor de hele tekst.

>>ZwangerschapsdiabetesOmhoog